dinsdag 25 september 2012

Een bijzonder plekje, daar in de Elzen...



DE ELZEN : TUSSEN DRIE WATERS, TWEE HEIDEN, EEN SOEVEREIN, EEN VROUWENBORST EN EEN PAAR HUTTEN ACHTER DE KOLKEN…


Brasserie DE ELZE ligt op een wel heel bijzonder plekje, als je de enigszins mysterieuze titel van dit verhaaltje leest…

Drie waters

Nat Lommel beperkt zich hoofdzakelijk tot het uiterste noorden en het uiterste zuiden van deze stad. De plaatsnaam « Maai » tref je dan ook enkel aan in de gehuchten Kolonie en  Kerkhoven. Ook de Elzen vallen onder nat Lommel en eeuwen geleden al ontsprong vlakbij onze brasserie de in zijn bovenloop meanderende Elzenloop, waarvan de bron nu helaas ingevolge verzakking van de grondwaterspiegel drooggevallen is. Die Elzenloop mondt over de grens met Nederland uit in de Keersop, welke op haar beurt uitmondt in de Dommel. De Dommel werpt zich in de Dieze, en de Dieze in de Maas. Daarmee behoort onze Elzenloop dus tot het Maasbekken. In een archiefstuk uit 1817 heet ze « Klagtloop ».


Maar nog twee andere waterwegen, ditmaal door mensenhand gegraven, liggen vlakbij. Het Maas-Scheldekanaal, gegraven in de jaren 1845 o.l.v. ingenieur Ulrich Kümmer en de « Kleine fossé » een bevloeiingssloot die vanuit het kanaal naar de wateringen van Lommel-Kolonie loopt, een project dat omstreeks 1850 door dezelfde ingenieur op het getouw werd gezet maar helaas grandioos mislukte. Wie daar meer wil over weten, kan eens een kijkje gaan nemen in het Museum De Kolonie aldaar.

 
Museum De Kolonie
Twee heiden

De landbouwers maakten vroeger gemeenschappelijk gebruik van grote heidegebieden, om er bijvoorbeeld hun schapen te hoeden of om de heide te « plaggen ». Het gehucht Heide-Heuvel beschikte destijds over twee dergelijke gebieden. Westelijk van onze brasserie lag de « Heiderheide » die later tot zandgroeve werd omgeturnd en nog later tot CenterParcs De Vossemeren.  Oostelijk van de brasserie, nabij de « Grote Fossé » ligt de « Heuvelse heide » waar je de heideplant nog wel uitgebreid aantreft. Eind augustus biedt een hectaren groot heidetapijt in purperen bloei, hier een prachtig uitzicht !




Een vrouwenborst of in het Lommels…. « de mem »

Dit grondperceel tref je aan in het verlengde van vlakbij gelegen Mortels(straat), een vijftal minuten wandelen vanaf het punt waar de verharding ophoudt en in zandweg overgaat.

Die zandweg volgt mooi de contouren van een vrouwenborst en bewijst dat onze voorouders wel bijzonder origineel waren in het vinden van plaatsnamen !



De Soeverein

Het perceel met deze naam lag niet op de plaats van de huidige gelijknamige evenementenhal, maar wel relatief dicht bij onze brasserie, namelijk als je de Gordendijk oprijdt en enkele grote boogloodsen bemerkt niet ver van het T-kruispuntje (rechts Kolken, links Hutten).
Het was een staatsplantage voor laanbomen, omstreeks 1780 aangeplant maar totaal mislukt ingevolge een aantal hete zomers. Vlakbij ligt het « Hondsbos ».




Enkele hutten op de grens met Nederland (Bergeyk/Luyksgestel)

Als je op dat T-kruispuntje links gaat, kom je in de Hutten(straat). En als je deze volgt belandt je na enkele kronkelende bochten bij een aantal huizen dicht bij de landsgrens. Omstreeks 1840 hadden enkele arme sloebers hier heidehutten neergepoot en hadden in volle grondwoestenij enkele perceeltjes gemeentegrond ingepalmd om er wat magere akkers van te maken. Toen het wateringenproject in 1850 in diezelfde omgeving gerealiseerd werd, kregen deze huttenbewoners gelukkig de kans om alsnog de door hun ingepalmde gronden van de gemeente aan te kopen.

Het zal er daar in de Hutten niet veel anders uitgezien hebben


Aan het eind van deze wandeling belanden we terug in …. « De Elzen »

Even aankloppen bij onze lokale plaatsnamen-goeroe, Dr. Victor Mennen. Hij signaleert ons dat dit toponiem voor het eerst vermeld wordt in 1450. Het gebied van de Elzen bevat natte lemigzandgrond en grint op geringe diepte. Tot vandaag zijn nog vele percelen in dit oude hooilandgebied van de gehuchten Heide en Heuvel met elzen houtkanten omgeven. Het betreft de zwarte els (geslacht Alnus glutinosa). Deze boomsoort deed haar intrede in onze streken ongeveer 8000-5000 jaar geleden. De houtwallen dienden niet alleen voor de afscheiding van percelen, maar gaven in de zomermaanden schaduw aan het vee dat er soms ook graasde. In onze brasserie tref je een tekst over de elzenboom aan, die genomen is uit het wereldberoemd Cruydtboeck (1644) van de Mechelaar Rembert Dodoens. We staan er tegenwoordig niet meer bij stil maar met Elzenhout werd vanalles gemaakt en ook in de volksgeneeskunde had het zijn plaats.

 
Elzenbomen in de voorjaarszon


Geen opmerkingen:

Een reactie posten