Een bijzonder plekje, daar in de Elzen...
DE ELZEN : TUSSEN DRIE WATERS, TWEE
HEIDEN, EEN SOEVEREIN, EEN VROUWENBORST EN EEN PAAR HUTTEN ACHTER DE KOLKEN…
Brasserie DE ELZE ligt op een wel heel bijzonder plekje, als je de enigszins
mysterieuze titel van dit verhaaltje leest…
Drie waters
Nat Lommel beperkt zich hoofdzakelijk tot
het uiterste noorden en het uiterste zuiden van deze stad. De plaatsnaam
« Maai » tref je dan ook enkel aan in de gehuchten Kolonie en Kerkhoven. Ook de Elzen vallen onder nat
Lommel en eeuwen geleden al ontsprong vlakbij onze brasserie de in zijn
bovenloop meanderende Elzenloop, waarvan de bron nu helaas ingevolge verzakking
van de grondwaterspiegel drooggevallen is. Die Elzenloop mondt over de grens met Nederland uit
in de Keersop, welke op haar beurt uitmondt in de Dommel. De Dommel werpt zich
in de Dieze, en de Dieze in de Maas. Daarmee behoort onze Elzenloop dus tot het
Maasbekken. In een archiefstuk uit 1817 heet ze
« Klagtloop ».
Maar nog twee andere waterwegen, ditmaal door
mensenhand gegraven, liggen vlakbij. Het Maas-Scheldekanaal, gegraven in de
jaren 1845 o.l.v. ingenieur Ulrich Kümmer en de « Kleine fossé » een
bevloeiingssloot die vanuit het kanaal naar de wateringen van Lommel-Kolonie
loopt, een project dat omstreeks 1850 door dezelfde ingenieur op het getouw
werd gezet maar helaas grandioos mislukte. Wie daar meer wil over weten, kan
eens een kijkje gaan nemen in het Museum De Kolonie aldaar.
Twee heiden
De landbouwers maakten vroeger gemeenschappelijk gebruik van grote
heidegebieden, om er bijvoorbeeld hun schapen te hoeden of om de heide te
« plaggen ». Het gehucht Heide-Heuvel beschikte destijds over twee
dergelijke gebieden. Westelijk van onze brasserie lag de « Heiderheide »
die later tot zandgroeve werd omgeturnd en nog later tot CenterParcs De
Vossemeren. Oostelijk van de brasserie,
nabij de « Grote Fossé » ligt de « Heuvelse heide » waar je
de heideplant nog wel uitgebreid aantreft. Eind augustus biedt een hectaren
groot heidetapijt in purperen bloei, hier een prachtig uitzicht !
Een vrouwenborst of in het
Lommels…. « de mem »
Dit grondperceel tref je aan in het verlengde van vlakbij gelegen Mortels(straat),
een vijftal minuten wandelen vanaf het punt waar de verharding ophoudt en in
zandweg overgaat.
Die zandweg volgt mooi de contouren van een vrouwenborst en bewijst dat
onze voorouders wel bijzonder origineel waren in het vinden van
plaatsnamen !
De Soeverein
Het perceel met deze naam lag niet op de plaats van de huidige
gelijknamige evenementenhal, maar wel relatief dicht bij onze brasserie,
namelijk als je de Gordendijk oprijdt en enkele grote boogloodsen bemerkt niet
ver van het T-kruispuntje (rechts Kolken, links Hutten).
Het was een staatsplantage voor laanbomen, omstreeks 1780 aangeplant maar totaal mislukt ingevolge een aantal hete zomers. Vlakbij ligt het « Hondsbos ».
Het was een staatsplantage voor laanbomen, omstreeks 1780 aangeplant maar totaal mislukt ingevolge een aantal hete zomers. Vlakbij ligt het « Hondsbos ».
Enkele hutten op de grens met Nederland (Bergeyk/Luyksgestel)
Als je op dat T-kruispuntje links gaat, kom je in de Hutten(straat). En
als je deze volgt belandt je na enkele kronkelende bochten bij een aantal
huizen dicht bij de landsgrens. Omstreeks 1840 hadden enkele arme sloebers hier
heidehutten neergepoot en hadden in volle grondwoestenij enkele perceeltjes
gemeentegrond ingepalmd om er wat magere akkers van te maken. Toen het
wateringenproject in 1850 in diezelfde omgeving gerealiseerd werd, kregen deze
huttenbewoners gelukkig de kans om alsnog de door hun ingepalmde gronden van de
gemeente aan te kopen.
Aan het eind van deze
wandeling belanden we terug in …. « De Elzen »
Even aankloppen bij onze lokale
plaatsnamen-goeroe, Dr. Victor Mennen. Hij signaleert ons dat dit toponiem voor
het eerst vermeld wordt in 1450. Het
gebied van de Elzen bevat natte
lemigzandgrond en grint op geringe diepte. Tot vandaag zijn nog vele percelen
in dit oude hooilandgebied van de gehuchten Heide en Heuvel met elzen
houtkanten omgeven. Het betreft de zwarte els (geslacht Alnus glutinosa). Deze
boomsoort deed haar intrede in onze streken ongeveer 8000-5000 jaar geleden. De
houtwallen dienden niet alleen voor de afscheiding van percelen, maar gaven in
de zomermaanden schaduw aan het vee dat er soms ook graasde. In onze brasserie
tref je een tekst over de elzenboom aan, die genomen is uit het wereldberoemd Cruydtboeck (1644) van de Mechelaar
Rembert Dodoens. We staan er tegenwoordig niet meer bij stil maar met Elzenhout
werd vanalles gemaakt en ook in de volksgeneeskunde had het zijn plaats.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten