vrijdag 28 september 2012

De Elzenloopwandeling 


Je kan het hele internet afzoeken of alle mogelijke wandelfolders doorpluizen, maar deze wandelroute zal je nergens anders dan bij ons aantreffen. Om de eenvoudige reden....dat we ze zelf uitgedacht hebben.

De wandeling start op de parking van onze brasserie DE ELZE.



Wij stappen naar de straat en gaan naar links over het verharde baantje richting inkom Vossemeren. Amper een vijftigtal meter verder zie je links van de straat nogal wat riet op de achtergrond. Daar begint  de Elzenloop, die hier als een afwateringskanaaltje gegraven moet zijn, wellicht in de 18de eeuw al. Onder de straat loopt de op deze plek droogstaande bedding en rechts van de straat  zie je die bedding onder vrij dichte struiken verdwijnen. We staan hier dus aan de "benedenloop" van de Elzenloop, en aan de lange rechte lijnen die verderop gevolgd worden is te zien dat geen natuurlijke maar een door de mens gegraven loop is, tenminste op deze plek nog. Een andere naam voor de Elzenloop is de Klaagloop, waarbij we er mogen vanuitgaan dat deze loop gegraven werd na veel klachten over wateroverlast.

Als je nog wat doorwandelt, komt de ingang van Vossemeren-park in zicht, maar vlak daarvoor draaien we naar rechts over een betonbaantje dat we helemaal ten einde lopen. Als je rechts van je kijkt, zie je soms diepe weiden en helemaal achteraan weer wat riet. Bij dat riet ligt de bedding van de Elzenloop.

Intussen gaat het betonbaantje over op een zandweg en blijven we gewoon rechtdoor lopen. Aan de linkerkant merken we nu nederlands gebied (Bergeyk-Luyksgestel) op, achter een lange bomenrij.
Daar waar die bomenrij op ons zandpad uitmondt zitten we letterlijk "op" de grens België-Nederland.
De zandweg volgt nu overigens een tijdje die grens en zo komen we bij grenspaal 189 die daar in 1843 geplaatst werd. Hij staat rechts van de weg en zou wat opknapwerk verdienen, want hij dreigt tussen het groen te verdwijnen. Vroeger moet deze plek "Slegerskolk" geheten hebben, en er is hier inderdaad vlakbij een rare kronkel in de Elzenloop.

 
Keren we nu heel even op onze passen terug, dan kan je links in om enkele kronkels op te merken in de bedding van de Elzenloop. Wij denken dat vanaf hier de Elzenloop niet meer een door de mens gegraven traject volgt, want daarvoor zijn er vanaf hier echt teveel kronkels in de bedding. Ook niet vergeten dat de "Kolken" vlak in de buurt zijn.

Daarna stappen we paal 189 weer in noordelijke richting voorbij. Van hieruit kunnen we de Elzenloop niet goed zien; hij ligt aan onze rechterzijde op zowat 50m van ons zandpad dat vanaf hier de Elsendijk genoemd wordt.

We vervolgen nu nog steeds de zandweg in noordelijke richting maar verlaten de landsgrens; we zijn nu in Nederland. Rechts van ons een grote koeienweide en als je goed kijkt zie je aan het uiteinde ervan de kronkelende Elzenloop, waarvan de bedding precies de Belgisch-Nederlandse grens vormt ! Als je nauwlettend speurt, zie je in de verte ook grenspaal 188 staan.





Onze zandweg gaat nu over in een smalle asfaltweg, met aan onze linkerzijde grote boerderijen zoals we die in België niet kennen. Aan het einde van deze verharde weg belanden we op een T-kruispuntje, waar we naar rechts gaan. Vrij vlug komt hier grenspaal 187 in zicht, die geplaatst is op een soort eilandje in de Elzenloop, die op deze plaats wel gevuld is met water dat hij geput heeft uit zijloopjes. Hier moet vroeger een kruispunt van zandwegen gelegen hebben: van Neerpelt naar Luyksgestel, van Lommel naar Borkel en van Lommel naar Bergeyk.




Juist ertegenover zie je een middeleeuwse grenspaal staan, die bij "Cockaertskolk" gesitueerd werd. Maar de vraag is wel of deze paal hier oorspronkelijk stond want tot voor 1843 lag de grens tussen Lommel en Bergeyk nog enkele tientallen meters noordelijker langsheen de Elzenloop, namelijk daar waar deze loop kruist met de Woeste Polder. Aan de kant van Luyksgestel heet dit gebied nog altijd "de Kokkers".

Lommel (B) - In de Hutten : Oude Lommelse grensteen




Het water van de Elzenloop kolkt hier weliswaar niet echt, maar het meandert toch nogal.


Elzenloop


De Elzenloop gaat hier over in de Keersop, welke op haar beurt naar de Dommel stroomt. We staan hier niet alleen op een internationale grens, maar ook op een snijpunt van de gemeenten Lommel, Bergeijk en Luyksgestel.






Over het verharde smalle baantje, gaan we naar rechts, en zo komen we terug in Lommel (België), meer bepaald "In de Hutten". In dit gebied hadden omstreeks 1840 een aantal arme sloebers, hoofdzakelijk weduwen, enkele percelen gemeentegrond ingepalmd en er wat hutten neergezet. Gelukkig voor hen konden ze die een tiental jaren later van de gemeente aankopen, toen de wateringen werden aangelegd.

Die hutten zullen gestaan hebben ongeveer op de plaats waar je hier enkele huizen ziet staan bij een kronkel in de Hutten(straat).




Deze omgeving had vroeger een andere benaming, namelijk Turkenshoek (Toirkenshoek). In 1839 woonde hier de familie Van Och. In 1842 stonden hier slechts drie huizen: die van de familie Geboers, die van de familie Snoeckx en die van de familie Vanhora (Vanauwera?). In 1870 wordt hier een familie Francken gesignaleerd en in 1900 een familie Verdonschot.

Niet dat er in deze omgeving ooit Turken woonden. Neen de naam is afgeleid van de familienaam Toirken of Toerken. Reeds in 1451 is hier sprake van een grensincident nabij het perceel van een zekere Wouter Toerken. Een kar geladen met Engels laken werd in beslag genomen door ambtenaren van het graafschap Loon (waartoe Bergeyk nog deels behoorde) en dat bleek onterecht te zijn omdat het op Lommels gebied gebeurd was, en Lommel toen onder de hertog van Brabant ressorteerde.





Luyksgestel De AA.


We blijven het betonnen huttenbaantje volgen, hetwelk nogal wat bochten maakt. Links van ons ligt het natuurgebied "De Wateringen". Een meer dan 100ha groot bevloeiingsgebied dat hier omstreeks 1850 werd aangelegd en gevoed wordt door kanaalwater. Wie daar eens wil gaan wandelen kan dan weer het Wateringpad (9km) afmalen.

Na een tijdje zien we links van de weg de Weeteringhoeve, waar je bij mooi weer van een lekker ijsje kan gaan smullen.
 Maar even vooraleer we daar toekomen, kan je links van het betonnen baantje de Elzenloop weer even ontwaren.

voorgevel



Nog wat verder draaien we links een kaarsrechte zandweg in die met rode grint enigszins verhard is. Even verder zien we op onze rechterzijde een donkere schuilhut, die bij regenachtig weer wel enig soelaas kan bieden. Bij die schuilhut gaan we uiterst rechts via een erg smal paadje langsheen "de grote fossé" op, een aanvoersloot voor kanaalwater die hier omstreeks 1853 gegraven werd, ter bevloeiing van de Wateringen.

In de herfst durft deze sloot er wel wat kaal uitzien.


Maar in de lente en zomer is het best wel een romantisch plekje:




Hoewel een beetje sneeuw ook voor mooie effecten kan zorgen !




Uiteindelijk belanden we weer op een betonbaantje en gaan hier links het brugje over.




Daarna weer dadelijk rechts doorheen het bos. We volgen hier een lang kaarsrecht bospad, waar best eens wat snoeiwerk zou mogen gebeuren. Als we zo blijven doorlopen, verandert het landschap plotsklaps. We belanden in een grote open heidevlakte, die vooral eind augustus in volle purperen bloei staat te pronken. Dit is de Heuvelse Heide, het gebied dat vroeger door de landbouwers van het gehucht Heuvel diende om hun schapen op te hoeden of om er hei te "plaggen".

Wij gaan links op en volgen steeds de rand van het heidegebied. Bij een vierarmig zandpadenkruispunt gaan we naar rechts, en doorkruisen deze mooie heide. Opgelet: honden horen hier aan de leiband, en de boswachters passeren regelmatig....



Opnieuw komen we bij een vierarmig kruispunt van zandwegen, en dit keer gewoon rechtdoor.
Rechts van ons doemt "de grote fossé" weer op, en plots zien we dit:




Het is de ruïne van een brug, die wellicht door de britse troepen in september 1944 werd opgeblazen. Maar waarom was die brug dan zo hoog? Welnu, de platte schuiten die hoog met hooi beladen, vanuit de wateringen richting kanaal voeren, moesten er nu eenmaal onderdoor!


We stappen steeds maar verder rechtdoor (het gaat wel een beetje bergop/bergaf) en belanden uiteindelijk
op de plek waar de "Grote fossé" afgetapt wordt vanuit het kanaal.



Tot in de jaren 1970 heeft menige jonge Lommelse knaap hier leren zwemmen. De mensen van de buurt noemen dit eerder "het kanaaltje" dan "Grote fossé".

Van hieruit stappen we tot tegen het Maas-Scheldekanaal, meer bepaald tot bij deze rooster die het begin vormt van "de Grote Fossé".



Het Maas-Scheldekanaal werd gegraven in de jaren 1843-1845. De schuiten die er toen op voeren werden vaak getrokken door paarden (vanop dat jaagpad), maar minder rijke schippers droegen die zware taak op aan...hun vrouw want anderen lieten zich hiervoor betalen.





Rechts van ons zien we de kanaalbrug en daar stappen we naar toe. Degene die niet graag over het jaagpad stappen, kunnen via een wetzandbaantje aan de rechterzijde.

We stappen verder onder de brug en zo verder over het autobrede grindpad dat we nu rechts zien en dat we volgen. Vrij vlug loopt dit pad naar rechts het bos in en vlak erna zien we op onze rechterzijde een bospad waar we in lopen.
Rechts van ons loopt "de kleine fossé" die omstreeks 1850 vanuit het kanaal naar de wateringen gegraven werd, om die wateringen te bevloeien, maar al vlug onvoldoende water doorliet. Daarom werd enkele jaren later dan "de grote fossé" gegraven.

We belanden nu weer op een betonbaantje (de Elzen) en gaan naar links, en kijk daar komt Brasserie De Elze al in zicht. Moe maar voldaan ploffen we op een stoel en roepen de waard om verfrissing en versnapering !

dinsdag 25 september 2012

Elzen in het kruidenboek van Rembert Dodoens



Rembert Dodoens (1517-1585) was een Vlaams plantkundige en arts, afkomstig uit Mechelen. In 1541 werd hij stadsgeneesheer te Mechelen, daarna was hij van 1575 tot 1578 keizerlijk lijfarts te Wenen. In 1582 werd hem een leerstoel aangeboden aan de Universiteit Leiden, waarop hij naar Holland vertrekt. Hij wordt er hoogleraar in de geneeskunde. Na zijn dood op 10 maart 1585 wordt hij in de Pieterskerk te Leiden begraven.
Een belangrijke ontwikkeling bij Dodoens was dat hij een fundamentele vernieuwing invoerde in de classificatie van de planten. In zijn “Cruydeboeck” van 1554 breekt hij resoluut met de traditie door de planten niet meer alfabetisch te rangschikken maar volgens fysiologische kenmerken. Dit was van enorm belang voor de biologie. Op die manier stelde hij een systematisch kader op waarin de planten konden geplaatst worden. Om al deze nieuwe kenmerken weer te geven was het cruciaal voor hem dat zijn herbaria degelijk geïllustreerd waren, hij liet ze illustreren door de voortreffelijke Mechelse tekenaar Pieter Van der Borcht.
De tekst m.b.t. de Elzenboom in het Cruydeboeck luidt als volgt:
Ghedaente :
De Elsen zij oock hooghe groote boomen met veele tacken : ende wassen recht op met tamelijcken dicke struycken. De schorsse is rouw / oneffen / broosch / oft breucksaem / swartachtigh. ‘Thout is rootachtigh / sacht ende weeck om wercken ; ‘twelck buyten ‘twater niet langh goedt en blijft / maer haest verrot / vermeluwet ende bederft ; van onder ‘twater / est in vochtige gronden magh dat seer langh duren / ende langer dan eenigh hout / jae bijnae eeuwighlinck. De bladeren zijn wat rondachtigh van maecksel / grooter ende meer gherimpelt dan de bladeren van de Peerboomen / De haselaersbladeren niet seer onghelijck / rondom de kanten oock ghekerft oft gheschaerdt / in’t aentasten wat lijmachtigh ende klevende.
De bloemen zijn anders niet dan Cattekens / als die van de Bercken. Daer nae volght tghene datmen voor de vrucht houdt, ‘twerlck langhworpigh is / ende veele  schelferinghen aen een vergadert : ende als die schelferen van een gaen oft gapen / dan valt het saedt daer uyt.  
De groene vrucht van dese Elsen wordt van sommighe met de Moerbesien vergheleken om dat haer schelferen oft schubben soo dicht in een ghedronghen zijn. De tacken zijn seer broosch ende en laeten haer niet wel buyghen.  Haere wortelen moghen wel half in het water staen / soo seer beminnen sy de vochtigheydt. Tstaedt in seer kleyn / bruyn ros van verwe.
Plaetse :
De Else-boomen wassen gheerne in neere vochtighe bosschen / ende in alle moerasachtighe oft broeckachtighe en waterachtighe plaetsen : maer elders en aerden sy niet wel. 
Tijdt :
De Elsen botten ende brenghen nieuwe cattekens voort in het voorjaer / dat is omtrent den April. In den herfst rijst het rijp saedt uyt de vruchten. 
Naem :
Desen boom wordt hier te lande Elsen ende Elsen-boom geheeten ; in Doogdurtschlandt Erlenbaum ende Ellernbaum ; in Vranckrijck Aulne ; in Italien Alneo,in’t Latijn Alnus… In Enghelandt heetense Alder ; in Spaegnien Aliso ; in Hungarijen Egor
Aerd, Kracht ende Werckinge :
De schorssen van den Elsenboom zijn houdt / verdrooghende ende tsamentreckende van nature : ende door dese drooghe ende tsamentreckende kracht souden sy goedt moghen wesen tot de heete gheswillen ende -ontstekinghen die eerst beghinnen. Sy zijn oock seer goedt tot de apostumatien ende swillinghen van de keele / amandelen ende van den monde / gelijck de snorsteren van de Okernoten.
Nu ter tijdt worden vele schorssen gebruyckt om slechte laltenen [=stoffen]/lederen / vellen ende vilten-hoeden ende andere dierghelijcke dinghen swart mede te verwen.
Het hout van desen  Elsen-boom dient seer wel om daer stijlen ende palen van te maecken diemen seer diep onder d’eerde stampt oft hijt ; op de welcke kercken ende huysen ende aller-hande swaer ghebouw / in sonderheydt in weecken oft waterigen gront / getimmert wordt : want het Elsenhout is van sulcken aerd / dat het onder d’eerde /insonderheydt in ‘twater wesende / nummermeer en verrot of en vergaet : hoe wel dat het buyten d’eerde in de loght blijvende niet langhe duren en kan ; als voorseydt is.
De Else verdrooght merckelijck : dan sy en is noch heet noch koudt / maer middelmatigh : daerom worden de bladeren gepresen tot heete gheswillen ende sweeringhen / ende tot alle uytwendighe verhittinghen, te weten noch groen ende versch sijnde. Onder ‘thol van de voeten gheleydt / trecken de vermoetheydt  uyt van de ghene die moede zijn van te veel gaene. De selve Elsen-bladeren seer nat / ende vol dauws smorghens in den somer in een kamer gestroyt / doen de vloyen sterven /segghen sommighe : die oock versekeren dat de selve bladeren / in sonderheydt de ghene die meestklevende oft taep in’t tasten zijn / ende klam / al oft sy met honigh bestreeken waren / kracht hebben om ‘tssercijn te ghenesen / oft immers wat te versoeten / op de huyt ghewreven / tot datse roodt wordt  oft datter bleynkens aen komen. De schorsse dient niet alleen om het leder swart te verwen / maer streckt in stede van Galnoten /om inckt te maecken : ende heeft een tsamentreckende kracht / nut teghen veelderley gheswillen.
Dan de schorsse van de Witte Else / soo Iulius schrijft / schijnt noch meer tsamentreckende te wesen ende meer verkoelende van aerd / met eenighe drooghmaeckinghe daer by. De vochtigheydt die uyt den struyck van de Else loopt/ als hy met een boor doorboort is / langhe gedroncken is nut om den steen in de blase ende nieren te breken / seydt Matthiolus : ende sy maeckt de huyt schoon ende klaer / daer op gestreken. De selve gheneest de sweeringen des mondts / als den mondt daer mede gespoelt oft ghewasschen wordt. Het Elsenhout dient oock om leeren / perssen / steelen van werck-ghetuygh / hop-kribben / ende andere dierghelycke dinghen te maecken : maer voor allen dient het om goten / riolen ende waeterbuysen van te maecken.
 

In de buurt is er vanalles te beleven !



Wie interesse heeft voor de geschiedenis van Lommel, kan een bezoekje brengen aan Museum De Kolonie (www.erfgoedlommel.be), en ook het Wateringhuis (van Albert Mertens) loont de moeite: http://www.natuurpunt.be/centra-wateringhuis_22.aspx en www.toerismelommel.be/116312.fil
maar ook http://www.natuurpunt-noordlimburg.be/vloeiweide.html






Waterratten kunnen terecht in het tropisch zwemparadijs De Vossemeren:






Fietsers hebben al lang de weg naar Lommel gevonden. Wij liggen met onze brasserie pal tussen de fietsknooppunten 225 en 226 van het fietsroutenetwerk Limburg. De Lommelroute passeert even ten zuiden van onze brasserie, langsheen het kanaal:
http://www.vlaanderen-fietsland.be/fietsroute.php?id=275





En ook aan de mountainbikers is gedacht. De Elzen liggen precies "in het midden van het bed" voor de blauw-groene lus De Soeverein, de blauw-groene lus De Vossemeren, en de groene lus Parelstrand.

Maar bovenal is het hier toch een regelrecht wandelparadijs, want rondom ons liggen twee mooie heidegebieden (Blekerheide en Heuvelse heide). Verder oostwaarts heb je het natuurreservaat Hageven en zuidwestelijk de wel zeer bijzondere "Sahara".
http://www.wandelwiki.be/belgie/88-limburg/1737-lommel-blekerheide.html
http://www.natuurpunt-noordlimburg.be/heide_gebied.html
http://www.wandeleninlimburg.be/lage-kempen/heuvelse-heide/63
http://www.routeyou.com/route/view/177548/wandelroute-plateau-hageven-blauw.nl
http://www.routeyou.com/route/view/279321/wandelroute-loopparcour-rond-de-lommelse-sahara.nl

Vanuit de nederlandse buurgemeente Bergeyk worden momenteel een aantal nieuwe wandelroutes op poten gezet, die begin 2013 zouden moeten klaar zijn. Zie: www.DeGrenslopers.nl 

Ook veel wandel- en natuurinfo op de site van Regionaal Landschap Lage Kempen: www.rllk.be  ;


Heuvelse heide 


Het stuifzandgebied van de Lommelse "sahara"


En ook niet te vergeten het blote-voetenpad ! Kijk eens naar dit filmpje:
http://www.youtube.com/watch?v=u-5nEC9mkX8

Nog niet zo lang geleden is er voorts een nieuw wandelpad georganiseerd tussen Hageven (Neerpelt) en Wateringen (Lommel): het Wateringpad : http://www.natuurpuntneerpelt.be/files/kaart_wateringpad.pdf
en http://www.natuurpunt-noordlimburg.be/vloeiweide.html#Anchor-Wateringpa-18314






Ruiters zullen in onze regio ook aan hun trekken komen. Doorheen de Elzen loopt er een circa 20 km lange ruitersroute, even boven de landsgrens, en daarna terug zuidelijk via Blekerheide naar Blauwe Kei. Daarnaast zijn de Oude Maairoute (16 km) en de Soevereinroute (10 km), niet ver weg.
Voor een mooi filmpje over paardrijden in de Limburgse Kempen, surfen naar:
http://www.een.be/programmas/vlaanderen-vakantieland/de-limburgse-kempen-saartje-langs-de-ruiterroute




Heb je liever een motor onder je zitvlak, dan kan je best een scooter huren bij www.avantivespa.be.
Ook deze firma heeft een aantal interessante routes uitgestippeld.



Wandelen, fietsen, paardrijden....van al die aktiviteiten krijg je wel honger én dorst. En waar kan je die beter stillen dan....in onze brasserie DE ELZE !




Een bijzonder plekje, daar in de Elzen...



DE ELZEN : TUSSEN DRIE WATERS, TWEE HEIDEN, EEN SOEVEREIN, EEN VROUWENBORST EN EEN PAAR HUTTEN ACHTER DE KOLKEN…


Brasserie DE ELZE ligt op een wel heel bijzonder plekje, als je de enigszins mysterieuze titel van dit verhaaltje leest…

Drie waters

Nat Lommel beperkt zich hoofdzakelijk tot het uiterste noorden en het uiterste zuiden van deze stad. De plaatsnaam « Maai » tref je dan ook enkel aan in de gehuchten Kolonie en  Kerkhoven. Ook de Elzen vallen onder nat Lommel en eeuwen geleden al ontsprong vlakbij onze brasserie de in zijn bovenloop meanderende Elzenloop, waarvan de bron nu helaas ingevolge verzakking van de grondwaterspiegel drooggevallen is. Die Elzenloop mondt over de grens met Nederland uit in de Keersop, welke op haar beurt uitmondt in de Dommel. De Dommel werpt zich in de Dieze, en de Dieze in de Maas. Daarmee behoort onze Elzenloop dus tot het Maasbekken. In een archiefstuk uit 1817 heet ze « Klagtloop ».


Maar nog twee andere waterwegen, ditmaal door mensenhand gegraven, liggen vlakbij. Het Maas-Scheldekanaal, gegraven in de jaren 1845 o.l.v. ingenieur Ulrich Kümmer en de « Kleine fossé » een bevloeiingssloot die vanuit het kanaal naar de wateringen van Lommel-Kolonie loopt, een project dat omstreeks 1850 door dezelfde ingenieur op het getouw werd gezet maar helaas grandioos mislukte. Wie daar meer wil over weten, kan eens een kijkje gaan nemen in het Museum De Kolonie aldaar.

 
Museum De Kolonie
Twee heiden

De landbouwers maakten vroeger gemeenschappelijk gebruik van grote heidegebieden, om er bijvoorbeeld hun schapen te hoeden of om de heide te « plaggen ». Het gehucht Heide-Heuvel beschikte destijds over twee dergelijke gebieden. Westelijk van onze brasserie lag de « Heiderheide » die later tot zandgroeve werd omgeturnd en nog later tot CenterParcs De Vossemeren.  Oostelijk van de brasserie, nabij de « Grote Fossé » ligt de « Heuvelse heide » waar je de heideplant nog wel uitgebreid aantreft. Eind augustus biedt een hectaren groot heidetapijt in purperen bloei, hier een prachtig uitzicht !




Een vrouwenborst of in het Lommels…. « de mem »

Dit grondperceel tref je aan in het verlengde van vlakbij gelegen Mortels(straat), een vijftal minuten wandelen vanaf het punt waar de verharding ophoudt en in zandweg overgaat.

Die zandweg volgt mooi de contouren van een vrouwenborst en bewijst dat onze voorouders wel bijzonder origineel waren in het vinden van plaatsnamen !



De Soeverein

Het perceel met deze naam lag niet op de plaats van de huidige gelijknamige evenementenhal, maar wel relatief dicht bij onze brasserie, namelijk als je de Gordendijk oprijdt en enkele grote boogloodsen bemerkt niet ver van het T-kruispuntje (rechts Kolken, links Hutten).
Het was een staatsplantage voor laanbomen, omstreeks 1780 aangeplant maar totaal mislukt ingevolge een aantal hete zomers. Vlakbij ligt het « Hondsbos ».




Enkele hutten op de grens met Nederland (Bergeyk/Luyksgestel)

Als je op dat T-kruispuntje links gaat, kom je in de Hutten(straat). En als je deze volgt belandt je na enkele kronkelende bochten bij een aantal huizen dicht bij de landsgrens. Omstreeks 1840 hadden enkele arme sloebers hier heidehutten neergepoot en hadden in volle grondwoestenij enkele perceeltjes gemeentegrond ingepalmd om er wat magere akkers van te maken. Toen het wateringenproject in 1850 in diezelfde omgeving gerealiseerd werd, kregen deze huttenbewoners gelukkig de kans om alsnog de door hun ingepalmde gronden van de gemeente aan te kopen.

Het zal er daar in de Hutten niet veel anders uitgezien hebben


Aan het eind van deze wandeling belanden we terug in …. « De Elzen »

Even aankloppen bij onze lokale plaatsnamen-goeroe, Dr. Victor Mennen. Hij signaleert ons dat dit toponiem voor het eerst vermeld wordt in 1450. Het gebied van de Elzen bevat natte lemigzandgrond en grint op geringe diepte. Tot vandaag zijn nog vele percelen in dit oude hooilandgebied van de gehuchten Heide en Heuvel met elzen houtkanten omgeven. Het betreft de zwarte els (geslacht Alnus glutinosa). Deze boomsoort deed haar intrede in onze streken ongeveer 8000-5000 jaar geleden. De houtwallen dienden niet alleen voor de afscheiding van percelen, maar gaven in de zomermaanden schaduw aan het vee dat er soms ook graasde. In onze brasserie tref je een tekst over de elzenboom aan, die genomen is uit het wereldberoemd Cruydtboeck (1644) van de Mechelaar Rembert Dodoens. We staan er tegenwoordig niet meer bij stil maar met Elzenhout werd vanalles gemaakt en ook in de volksgeneeskunde had het zijn plaats.

 
Elzenbomen in de voorjaarszon


Hoe sterk is de eenzame fietser?



Jaren geleden reeds zong Boudewijn de Groot: “Hoe sterk is de eenzame fietser / Die kromgebogen over z'n stuur tegen de wind / Zichzelf een weg baant /… / En ik zit hier tevreden met die kleine op m’n schoot / De zon schijnt en er is geen reden / Met dat rotweer en die harde wind te gaan fietsen met dat kind…”
Weer of geen weer, in een fietscafé kan geen fiets ontbreken. Hij hangt hier dan ook boven het hoofd van onze gasten. Nu het is niet zomaar een fiets, want hij dateert van omstreeks 1900 en behoorde destijds toe aan “Gieljom” Trouwers, die in Lommel notaris was tussen 1886 en 1911.





Deze Guillaume of Willem Trouwers was geboren in 1860 te Hasselt, alwaar zijn uit Wellen afkomstige vader Gerardus Fr. Trouwers (1813-1871), na eerst even bij de Registratie werkzaam te zijn geweest, vanaf 1836 secretaris was bij het parket van de Procureur des Konings van de Rechtbank.  Guillaume studeerde notariaat aan de Leuvense universiteit 1881-1882, waar hij studiegenoot was van twee Lommelaars: Henri Bollen en (de latere burgemeester) François Van Ham. Hij huwde in 1885 te Alken met Octavie Boes. In de periode 1882-1886 was hij in de leer op een notariskantoor, vermoedelijk bij zijn oom Thenaers. Hij is alsdan blijkbaar woonachtig te Alken, want hij wijkt vandaar in te Lommel op 20 juni 1886, vlak na zijn benoeming tot notaris. Hij was bestuurslid van Lommelse fanfare (opgericht 1900) en van het Davidsfonds Lommel (opgericht 1911). In 1900 verhuisde notaris Trouwers naar een nieuw gebouwde woning in de Lommelse Kerkstraat, waar achtereenvolgens 5 notarissen kantoor zullen houden: Guillaume Trouwers (1900-1911), Gustave Trouwers (1912-1929), Charles Indekeu (1929-1942), Jacques Indekeu (1951-1986), en Bruno Indekeu (1986-1991). In 1994 werd dit herenhuis afgebroken. 






Guillaume Trouwers overleed op 14 september 1911 nadat hij een tijdje eerder zijn fiets cadeau had gedaan aan notarisklerk  Petrus Ley (1870-1944). Diens dochter Ida (1917-2008) schonk hem veel later aan de vader van één van de uitbaters van “De Elze”…  
En zo is 't dus gekomen.


Culinair genieten in een rustige & groene omgeving


Brasserie De Elze is gelegen midden tussen velden en weiden. Op het terras (50 pl.) zit je werkelijk middenin het groen. Maar ook binnen (35 pl.) is het supergezellig zitten. Foto's van het oude Lommel sieren er de muren.




Voor wandelaars en fietsers zijn wij langzaam maar zeker "the place to be" geworden.

U kan bij ons terecht voor een koffie, frisdrank of een lekker glas bier. Wij hebben de gebruikelijke keuze in huis, en als uitschieters kan je bij ons een fles van 75cl La Chouffe of La Trappe bestellen.

Maar vergeet niet dat Rebecca een regelrechte keukenprinses is en dat ze zoveel mogelijk kakelverse produkten gebruikt.
Haar verse dagsoep bijvoorbeeld, is om van te smullen en van de croques en pasta's (lasagna, spagetti bolognaise, vegetarische pasta) zal je je vingers aflikken! Probeer de croque met champignons en spek maar eens uit, en je zal zien...

Onder de rubriek "op de boerenbuiten" staan enkele speciallekes op het menu : boerenomelet,  boterham met kipkap en mosterd, boterham met plattekaas en radijsjes.

Hou je het liever wat eenvoudiger, dan kan je kiezen tussen een reeks broodjes en er is ook een kinderkaart.

Ook aan de zoetekauwen is gedacht. Pannenkoeken, ijsjes, milkshakes, koffie met taart, verwenkoffie, alles vers en met liefde voor jullie klaargemaakt !




Niet alleen de versheid van onze gebruikte produkten is onze troef. Ook de betaalbaarheid van hetgeen wij jullie voorschotelen, schrijven wij hoog in het vaandel. De meeste van onze schotels kosten nog geen 10 Euro...

Je kan bij ons zowel voor een romantisch etentje met zijn twee, bij kaarslicht, terecht als voor groepsfeesten gaande tot pakweg 20 genodigden.

Belangrijk vinden wij ook onze gezinsvriendelijke aanpak. Er is een kinderhoek en langsheen onze parking lopen twee schattige mini-shetlandpaardjes. Jonge moeders hoeven zich geen zorgen te maken want wij hebben enkele babystoelen ter beschikking en er is een luierverversingsplek.



Het oude gemeentehuis van Lommel werd in 1845 in classicistische stijl opgetrokken. Rechts vooraan staat de oude kiosk die in 1905 werd opgericht naar aanleiding van 75 jaar onafhankelijk België. In 1942 werd deze kiosk afgebroken en 7 jaar later vervangen door de huidige, maar wel aan de andere zijde van het plein.


Info - contact - hoe ons bereiken:






Brasserie & fietscafé DE ELZE, Elzen 49, B-3920 Lommel
BTW : BE 0847.432.184 – Tel. 00 32 11 74.89.65

Internet: http://brasseriedeelze.blogspot.be

Sluitingsdag = donderdag (in herfst/winter ook op woensdag gesloten)

Ruime parkeergelegenheid achteraan en ook veel fietsenrekken

In voorbereiding: laadpunt voor electrische fietsen

 
Wij zijn niet moeilijk te vinden want onze brasserie/fietscafé is gelegen op een steenworp van Centerparcs De Vossemeren.

Binnenkort verschijnt hieronder nog een iets groter wegenkaartje :)